Antonio Salieri (1750-1825)

Antonio Salieri (1750-1825)

Antonio Salieri (1750-1825) was een Italiaans componist, dirigent en muziekpedagoog. Hij werd geboren in Legnano, ten zuiden van Verona, in de republiek Venetië, en bracht zijn volwassen leven en carrière door als een ambtenaar van de Habsburgse monarchie. 

Salieri was een spilfiguur in de ontwikkeling van de laat 18de eeuwse opera. Als leerling van Florian Leopold Gassmann en de protégé van Christoph Willebald Gluck, was Salieri een kosmopolitische componist die opera's in drie talen schreef. Salieri hielp bij het ontwikkelen en vormgeven van veel van die kenmerken van opera compositorische woordenschat, en zijn muziek had een krachtige invloed op hedendaagse componisten. Hij werd benoemd tot directeur van de Italiaanse opera door het Habsburgse hof een functie die hij bekleedde van 1774 tot 1792 tot dan componeerde Salieri voor de Italiaanse opera in Wenen. Tijdens zijn carrière bracht hij ook tijd door met het schrijven  van werken voor operahuizen in Parijs, Rome en Venetië en Milaan. Zijn dramatische werken werden tijdens zijn leven op grote schaal uitgevoerd in heel Europa. Als Oostenrijkse keizerlijke kapelmeester van 1788 tot 1824 was hij verantwoordelijk voor de muziek aan de hofkapel en de bijhorende school. Zelfs toen zijn werken uit de mode geraakten  en hij na 1804 geen nieuwe werken meer schreef, bleef hij nog steeds een van de belangrijkste en meeste gewilde leraren van zijn generatie, en zijn invloed was voelbaar in elk aspect van het Weens muzikale leven. Frans Liszt, Frans Schubert, Ludwig van Beethoven, Johann Nepomuk Hummel en Franz Xavier Wolfgang Mozart ( de jongste in leven gebleven zoon van " DE " Mozart ) behoorden tot de beroemdsten van zijn  leerlingen.

Salieri's muziek verdween tussen 1800 en 1868 langzaam uit het repertoire en werd na die periode nog zelden gehoord tot de heropleving van zijn roem aan het einde van de 20ste eeuw. Deze herwaardering was te danken aan de gefictionaliseerde weergave van Salieri in Peter Shaffer's toneelsuk " Amadeus " in 1979 en de filmversie van 1984.  Dat hij Wolfgang Amadeus Mozart in 1791 op 35 jarige leeftijd zou hij hem hebben vergiftigd, is zuiver fictie gebleken . Het is heel waarschijnlijk dat ze op zijn minst wederzijdse respectabele leeftijdsgenoten waren. Salieri had zelfs grote bewondering voor de  jongere Mozart.

Zijn jeugd. 

Salieri begon zijn muzikale opleiding in zijn geboortestad Legnano bij zijn oudere broer Franseco Salieri (1741-1826) die was zelf leerling violist bij de componist Giuseppe Tartini, hij kreeg ook lessen van de organist van de kathedraal Giuseppe Simone. Salieri had al op jonge leeftijd een passie voor muziek, en genoot daarbij een strenge opvoeding bij zijn ouders en toch liep hij twee keer van huis weg om zijn broer viool te horen spelen. Na het verlies van zijn ouders in 1763 werd hij opgenomen door een anonieme broer die monnik was in Padua, enkele jaren later werd hij te werk gesteld bij een Venetiaanse adellijke familie Mocenigo die in 1766 een machtige status bezat in Venetië. Men veronderstelde dat Salieri's vader bevriend was met de Macenigo's als zakenpartners. In Venetië vervolmaakte hij zijn muziekstudies bij organist en operacomponist Giovanni Battista Pescetti (1704-1766), maar na diens plotse dood ging hij te leer bij een operazanger Fernado Pacini. Het was Pacini die onder de indruk was van zijn  talent en hem bij Leopold Gassmann bracht en die de jonge Salieri meenam naar Wenen en de rest van Salieri's opleiding afwerkte en zelf betaalde. Gassmanns eerste opdracht was hem naar de Weense kerk te sturen om zijn muzikale kunst ten dienste te stellen van god, deze gebeurtenissen zouden voor de rest van zijn leven  diepe indruk nalaten en grotendeels zijn levensgang bepalen. Hij leerde er ook Latijn en Italiaanse poëzie bij Don Petro Tommasi, en kreeg er ook Duitse les  en Europese literatuur. Zijn muziekstudie draaide toen vooral rond vocale composities. Gassmann leidde hem ook op in harmonie en contrapunt. Hierdoor woonde Salieri bij zijn mentor in. Uit die periode zijn weinig composities bewaard gebleven. Na zijn studieperiode bij Gassmann en de vriendschap met Gluck groeide  hij uit tot een gewilde en gevraagde operacomponist. Een bescheiden succes van zijn vroege opera's " Le donne letterate" en op Molières toneelstuk gebaseerde " Les Femmes Savantes " lanceerde in 1770 Salieri's 34 jarige operacarrière als componist van niet minder dan 34 opera's. Zijn verdere loopbaan kan men onderbrengen in vier periodes.

Zijn vroeg Weense periode van 1770 tot 1778.

Die periode begon met opera's als " L'amore innicente ", " Don Chiscotte alle nozze di Gamace ", " Armida ", " Gerusalemme  liberata ", " Ordeo ed Euridic helfe " en " Alceste " in 1772 zijn eerste grote succes " La fiera di Venzia " , " La secchia rapita ", La locandiera ". In 1775 zou hij trouwen met Theresa Helferstorfer een dochter van een onlangs overleden bankier. Gedurende de drie volgende jaren zou hij vooral repeteren en dirigeren in het Italiaanse operagezelschap in Wenen en ook les geven. Er zou een ineenstorting van het Italiaanse operagezelschap volgen in 1777. De Keizer Joseph II besloot de uitvoeringen van het Italiaanse en Franse opera en ballet te stoppen. Ze werden eigenaar van het nieuwe management en gedeeltelijk gesubsidieerd door het Keizerlijke hof en zo ontstond er een nieuw nationale theater dat voortaan Duitstalige toneelstukken  en muzikale producties zou brengen. Vanaf 1778   wenste de keizer nieuwe werken en aangezien Salieri de Duitse taal nooit echt onder de knie had  kwam de jongere Mozart in het zicht en werd Salieri's rol als assistent-hofcomponist sterk gereduceerd.  

" La Secchia Rapita " Antonio Salieri (1772)

Uit de opera van Salieri " La Secchia Rapita " het fragment ui de 2de akt. " Son qual lacero tartano " een aria gezongen door Cecilia Bartoli uit Salieri's vroege Weense periode (1772).

Zijn Italiaanse toernee (1778-1780) en de midden Weense en Franse periode (1780-1788)

1778 - 1780.

In 1778 gaf Keizer Josehp II Salieri de toestemming om een jaar verlof te nemen dat later verlengd werd, waardoor hij enkele jaren voor de Scala kon werken en zo schreef hij " Europa riconosciuta " een productie voor de Scala en tijdens zijn toernee door Italië naar Rome en terug naar Milaan produceerde hij nog drie komische opera's en werkte hij samen met Giacomo Rust aan " Il Talismano " en " La scula de Gelosi " een geestige studie van amoureuze intriges en emotie, die tijdens zijn leven razend populair en een internationaal succes zou blijven.

1780 - 1788.

In die periode ontstaat zijn opera " Les Danaïdes " een vijf bedrijven tragedie Lyrique. De opdracht van Salieri was om Gluck te helpen bij het voltooien bij een werk voor Parijs. Gluck vreesde de Parijse critici en liet het werk over aan jongere componist en medewerker die toen bekend was voor zijn komische werk " Les Danaïdes ". Hij leerde er ook de jonge Franse componist Hector Berlioz kennen die een diepe indruk  op hem zou na laten wat hij neerschreef in zijn memoires. 

Na zijn terugkeer naar Wenen en na zijn succes in Parijs ontmoette Salieri Lorenzo Da Ponte en raakte er mee bevriend en zo ontmoet hij ook voor het eerst Mozart die toen ook al samenwerkte met Da Ponte. Salieri componeerde in 1784 " Il ricco d'un giorno ". Da Ponte werkte toen ook al aan Mozarts " Le Nozze di Figaro ". Er volgen nog werken in die periode " La grotta di Trofonio ", en in 1786 zijn " Prima la Musica e poi le Parole " die zou dienen om te wedijveren met Mozarts " Die Schauspieldirector " een echte opera buffo' en het Duitse zangspiel. Later volgde nog " Les Horaces " dat een mislukking werd en dat heeft hij terug  goed gemaakt met zijn Parijse opera " Tarare "  die hij in het Frans componeerde. In 1788 ontstond ook op tekst van Da Ponte " Axur, re d'Ormus " dat werd opgevoerd op het koninklijke huwelijk van Franz II in 1788.

Franse opera van Salieri " Les Horaces " (1786).

Mooie intrerpretatie van enkele fragmenten uit het Franse werk van Salieri " Les Horaces " door het centrum van de Baroque muziek te Versailles.

Zijn laat Weense opera's van 1788-1804 en zijn leven na de opera van 1804-1825

1788 -1804. 

In 1788 keerde Salieri dus terug naar Wenen waar hij de rest van zijn leven verbleef. In dit jaar werd hij kapelmeester van de keizerlijke kapel. Als kapelmeester dirigeerde hij de muziek van van de muziekschool verbonden met de kapel  tot kort voor zijn  dood toen hij officieel met pensioen ging in 1824. Zijn grootste successen waren toen nog de opera's " Tarare " en " Axur ". deze laatste werd op grote schaal geproduceerd in Europa  en zelfs in Zuid-Amerika ook aan het koningshuis van Portugal in 1824. Net toen hij zijn grootste roem had bereikt begon zijn  invloed in Wenen af te nemen. Vooral na de dood van Keizer Joseph II in 1790. Na het overleiden van  de Keizer  veranderde in Wenen de  revolutionaire ingesteldheid zoals in Frankrijk tijdens de revolutie . Hij componeerde juist in die periode twee innovatieve muzikale drama's hun satirische en openlijnke liberale politieke neigingen van de werken , namelijk " Cublai, gran kan de' Tartari ", en  " Catilina " in 1792 ze werden als ongeschikt gezien voor openbare uitvoering. Later komen er nog enkele werken van zijn  hand : "Palmira regina di Persa te " (1795) en " Cesare in Farmacusa " beiden gebaseerd op het heroïsche  en exotische succes van " Axur ", zijn laatste succes werk was zijn opera naar Shakespearer's Merry Wives of Windsor, " Falstaff ossia Le tre burle " in 1799. Dit is overigens een werk dat nu nog altijd repertoire houd in de 21ste eeuw. Zijn allerlaatse opera nu als een Duits Singspiel " Die Neger " een melodrama dat zich afspeelt in het koloniale Virginia was een complete mislukking in 1804.    

Zijn leven na de opera (1804-1825)

Toen salieri zich terug trok van het podium, herkende hij dat de tijden waren veranderd en voelde hij dat hij niet langer het creatieve vermogen in zich kon opbrengen en aanpassen aan de toen moderne tijd. Hij componeerde geen opera's meer maar bleef nog actief als dirigent en componeerde hij vooral religieuze- , en kamermuziek.

Zijn pedagogisch werk had wel nog succes want vele leerlingen die hij les gaf werden beroemdheden en maakten carrière als componist of als dirigent om er maar enkelen te  noemen Beethoven, Liszt, Schubert en de jongste zoon van Mozart, Xavier Mozart. Hij had ook zangers onder zijn leerlingen  waaronder Caterina Canzi. De meeste van zijn leerlingen kregen gratis les op de rijksten na, dit was een erbetoon aan zijn leermeester Gassmann die Salieri als straatarme weesjongen onder zijn hoede had genomen. Salieri zette zich ook in voor medische zorg maar leed zelf het laatste anderhalf jaar van zijn leven aan dementie. Hij overleed in Wenen op 7 mei 1825 op 74 jarige leeftijd. 

" Tarare " Antonio Salieri (1788)

" Tarare " (1788) nog een van de werken van Salieri die heden nog repertoire houden die hij in het Frans heeft gecomponeerd voor Parijs. De uitvoering door de Duitse Händel solisten onder de leiding van Jean Claude Malgoire aan het staatstheater van Karlsruhe in coproductie met de Nationale Opera van Parijs, is een historische opname van 1988.

Opmerking: Ik heb toch van dit Salieri-werk te Gent een uitvoering gevonden op 22 februari 1807 voor drie voorstellingen en nadien nooit meer hernomen. Ik vermoed dat dit een gastvoorstelling is geweest omdat ook de vertolkers niet bekend zijn. In die tijd komen nogal gastvoorstellingen voor vanuit Parijs ( Opéra Comiques ) aan de Muntschouwburg van Brussel en die werden ook dikwijls gebracht te Gent. Men had nogal veel contact met de Opéra-Comiques van Parijs via de familie Grétry die er dirigent waren en ook te Gent.